Voor het aanvragen van pleegzorg volg je dezelfde stappen als voor het aanvragen van ieder ander product. Voor pleegzorg gelden echter wat bijzonderheden.
Pleegzorg
Wanneer pleegzorg?
Pleegzorg kan op verschillende manieren gestart worden. Het kan zijn dat je als toegangsprofessional in een gezin komt en samen met de ouders constateert dat een (tijdelijke) uithuisplaatsing in het belang van het kind is. Het kan ook zijn dat je een hulpvraag krijgt voor een kind dat al (gedeeltelijk) bij familieleden of bekenden woont. In de tweede situatie ga je binnen 7 dagen na aanmelding op huisbezoek bij het informele pleeggezin om een integrale vragenanalyse te doen. Je doet dan een veiligheidstoets op grond van een risicotaxatie.
Als er al formele pleegzorg is, heeft de veiligheidstoets en screening al plaatsgevonden. De definitie van formele pleegzorg is een pleeggezin, dat valt onder het bestand van een pleegzorgaanbieder. De pleegzorgaanbieders zijn de te vinden op Wegwijzer Jeugd. Bezoek de Wegwijzer Jeugd >
Betrek een specialist
Consulteer bij een aanvraag voor pleegzorg altijd het Multi Expert Team (MET) of de gedragswetenschapper bij de Toegang/het sociaal (wijk)team. Bij een uithuisplaatsing geldt namelijk altijd een vierogen-principe. Dit is nooit de beslissing van een individuele professional. Het MET is dagelijks tussen 9:00-13:00 uur bereikbaar op 013-4643262 of per mail op expertiseteamhvb@tilburg.nl.
Samen met het MET beoordeel je of uithuisplaatsing een passende oplossing is voor de hulpvragen van het gezin. Het gaat dus niet over de beoordeling van een pleeggezin.
Gaat het om netwerkpleegzorg/informele pleegzorg? Neem naast alle standaard onderdelen in het Integraal Plan van Aanpak, ook de volgende onderdelen mee:
- De veiligheidstoets
- De adresgegevens van informeel pleeggezin (als dit van toepassing)
Woont een jeugdige al in een informeel pleeggezin? Dan vindt binnen 7 dagen na het opstellen van het Integrale Plan van Aanpak een warme overdracht plaats van de toegangsprofessional naar de pleegzorgaanbieder. Vanaf dat moment is de pleegzorgaanbieder verantwoordelijk voor de veiligheid van de jeugdige in het netwerkgezin. In de warme overdracht (minimaal telefonisch) benoem je expliciet deze overname van verantwoordelijkheid en is er de gelegenheid om bijzonderheden te bespreken. Als de jeugdige nog thuis woont, moet er eerst een geschikt (netwerk)pleeggezin gevonden worden.
Productcodes pleegzorg
De pleegzorgcodes voor deeltijd en voltijd zijn te vinden op de Wegwijzer Jeugd.
Er is een onderscheid gemaakt in de productcodes voor netwerkpleegzorg en pleegzorg bij een gezin uit het bestand van een pleegzorgaanbieder. Let dus op dat je de juiste productcode kiest. De kosten voor netwerkscreening zitten in het tarief voor pleegzorg. Hier vraag je dus geen apart product voor aan. Let op: ook als de jeugdige nog niet in het netwerkpleeggezin verblijft en er een netwerkscreening moet plaatsvinden, dan vraag je hiervoor ook geen apart product voor aan.
Zit er spoed bij het starten van pleegzorg? Stuur dan naast de (beschikkings)aanvraag een email naar de lokale backoffice Jeugd met in het onderwerp ‘Spoedaanvraag pleegzorg’. Verzoek in de email om de afhandeling van de betreffende beschikkingsaanvraag binnen één werkweek.
De pleegzorgaanbieder stelt bij de inzet van netwerkpleegzorg binnen één week een pleegzorgcontract op, zodat de screening én de begeleiding kunnen starten. Vanaf de datum van ondertekening van het pleegzorgcontract is er recht op de pleegzorgvergoeding. Dit recht werkt terug tot de startdatum op de Toewijzing Jeugdhulp en op de beschikking en geldt tot de genoemde einddatum.
Let op: een beschikking voor netwerkpleegzorg wil nog niet zeggen dat het netwerkgezin definitief het pleeggezin wordt op grond van de Jeugdwet. Er wordt eerst nog onderzoek uitgevoerd naar de geschiktheid van het gezin door de pleegzorgaanbieder. Dit onderzoek duurt maximaal 13 weken en vindt plaats aan de hand van het ‘Kwaliteitskader Voorbereiding en screening aspirant pleegouder(s)’. Een onderdeel van de screening is het onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming in verband met afgifte van de verklaring van geen bezwaar.
Wanneer stopt pleegouderschap?
Er zijn verschillende situaties waarin het pleegouderschap stopt.
- Geen pleegzorg meer nodig
De grond waarop de beschikking is genomen, komt te vervallen. Er is geen sprake (meer) van opgroei- en opvoedingsproblematiek die de uithuisplaatsing rechtvaardigt. In dat geval vervalt de beschikking en stopt de betaling aan de pleegzorgaanbieder. De gezaghebbende ouder(s)/voogd is vanaf diezelfde datum verantwoordelijk voor het verblijf van het kind in het netwerkgezin.
- Netwerkgezin blijkt ongeschikt
De pleegzorgaanbieder concludeert, dat het netwerkgezin niet het juiste gezin is voor deze jeugdige. Dit kan zijn omdat de Raad voor de Kinderbescherming GEEN ‘verklaring van geen bezwaar’ afgeeft of als het netwerkonderzoek door de pleegzorgaanbieder dit inzicht oplevert. Het kan ook zijn dat de pleeggezinsituatie niet/onvoldoende aansluit bij de problematiek van de jeugdige. Als uithuisplaatsing wel noodzakelijk is, wordt in overleg met alle betrokkenen een oplossing voor de jeugdige gezocht door de Toegang/het sociale wijkteam. Totdat de nieuwe oplossing er is én het redelijkerwijs mogelijk en veilig is voor de jeugdige, zal hij/zij tijdelijk in het netwerkgezin blijven. De toegangsprofessional en pleegzorgaanbieder maken voor deze tijdelijke situatie afspraken over de veiligheid en de eventueel in te zetten jeugdhulp. Daarnaast loopt de betaling van de pleegzorgvergoeding in deze periode door.
- (netwerk)pleeggezin trekt zicht terug
Als het (netwerk)pleeggezin zich terug trekt, moet de opvang van de jeugdige worden beëindigd. Als een uithuisplaatsing nog steeds noodzakelijk is, gaan de Toegang/sociale wijkteam, de pleegzorgaanbieder, de gezaghebbende ouder(s)/voogd en het pleeggezin met elkaar in overleg om een oplossing te zoeken voor de korte termijn. Totdat de nieuwe oplossing gerealiseerd is en het redelijkerwijs mogelijk én veilig is voor de jeugdige, zal hij/zij tijdelijk in het (netwerk)pleeggezin blijven. De Toegangsprofessional en pleegzorgaanbieder maken voor deze tijdelijke situatie afspraken over de veiligheid en de eventueel in te zetten jeugdhulp. De betaling van de pleegzorgvergoeding loopt in deze periode door.
Belangrijk is dat de pleegzorgaanbieder de regio op de hoogte stelt als de pleegzorg stopt middels een Stop-zorg (JW307) bericht.
Pleegoudervoogdij
Voor pleegoudervoogdij en perpectiefbiedende pleegzorgplaatsingen (gezinnen waar kinderen tot hun 21e mogen blijven wonen) is het voortaan mogelijk om langer dan vijf jaar toe te wijzen. Deze beschikkingen hoeven dus niet meer voor maximaal vijf jaar afgegeven te worden, maar mogen ook voor langer aangevraagd worden. Dit is fijner voor de jeugdige en (pleeg)ouders, maar scheelt ook werk aan de kant van de aanbieder, Toegang en backoffice. Het is aan de toegangsprofessional om te beoordelen hoe lang de plaatsing passend is. Daarbij is het advies, dat wanneer een jeugdige onder de 12 jaar is, er tot uiterlijk 18 jaar beschikt wordt en dan opnieuw naar de hulpvraag gekeken wordt. Na zijn/haar 18e jaar kan er veel veranderen in het leven van een jeugdige. Het kan zijn dat de jeugdige wil gaan studeren en op kamers wil etc.
Het langer beschikken/toewijzen is een lokale aangelegenheid. De regiogemeenten kunnen zelf te bepalen hoe lang men een beschikking wil afgeven. Het kan dus voorkomen dat hier regionaal verschillend mee wordt omgegaan.
Contactgegevens pleegzorgaanbieders
Sterk Huis
- Bij vragen over aanmelding kun je contact opnemen met de matchers van pleegzorg Jolanda van de Wouw en Vivian Brokx. Telefonisch bereikbaar op maandag – vrijdag (9.00-12.00 uur) op 013-5309400 of mail naar matching@sterkhuis.nl.
- Voor vragen over beschikkingen, bepalingen, codes etc. kun je contact opnemen met het Klantenbureau van Sterk Huis. Telefonisch bereikbaar op maandag – vrijdag (8.00-13.00 uur) op 013- 7511199 of mail naar pleegzorg@sterkhuis.nl.
William Schrikker Stichting
De medewerkers Instroom en Bemiddeling van de William Schrikker Pleegzorg zijn elke dag beschikbaar van 09.00-17.00 uur op telefoonnummer 088-5260000.
Oosterpoort
Aanmeldteam | aanmeldingen@oosterpoort.org | 0412-465300
Vigere
Astrid Smith | astridsmith@vigere.nl | 06-15867660
Pleegzorg na 18e verjaardag
Volgens de Jeugdwet stopt jeugdhulp op de 18e verjaardag. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS), de VNG en Jeugdzorg Nederland hebben geconstateerd dat voor jeugdigen in pleegzorg het in een aantal gevallen zinvol is om de zorg na de 18e verjaardag nog door te laten lopen. Om deze reden is er een wetsvoorstel aangenomen waarin staat dat pleegzorg standaard doorloopt tot 21 jaar. De jeugdige kan dan langer in het pleeggezin blijven wonen en heeft meer tijd om zich voor te bereiden op zelfstandigheid. Pleegouders blijven een pleegzorgvergoeding en begeleiding ontvangen van de pleegzorgorganisatie. Dit geldt voor zowel voltijd als deeltijd pleegzorg. De regio Hart van Brabant hanteert hierbij de grondhouding: ja, mits. Dit houdt in dat pleegzorg standaard tot het 21e levensjaar wordt ingezet, mits de jeugdige dit ook wil.
Daarnaast biedt de wet ook de mogelijkheid om in een beperkt aantal gevallen de jeugdhulp te verlengen totdat een jeugdige 23 jaar is.
Hoe werkt het in de praktijk?
- Een Toewijzing of beschikking voor pleegzorg wordt, afhankelijk van de situatie, voor meerdere jaren afgegeven. Dit is langer dan bij andere vormen van jeugdhulp, omdat we de jeugdige een stabiele basis willen bieden om op te groeien. Overigens kan een beschikking/toewijzing ook voor een kortere looptijd worden afgegeven als het idee is dat pleegzorg niet (semi-)permanent is.
- Pleegzorg die doorloopt na 18 jaar tot 21 jaar, valt onder reguliere jeugdhulp en niet meer onder verlengde jeugdhulp. Wanneer er na 21 jaar nog pleegzorg nodig is, valt dit wel onder verlengde jeugdhulp.
- Het pleegkind kan na 18 jaar zelf te allen tijde besluiten om de pleegzorg te beëindigen.
- Voor het bepalen van de verantwoordelijke gemeente geldt het woonplaatsbeginsel vanuit de Jeugdwet. Dit betekent dat de gemeente waar de jeugdige woonde voordat hij naar de eerste verblijfsplek (het pleeggezin) ging, verantwoordelijk is.
- Inkomsten van pleegkinderen boven de 18 jaar zijn niet van invloed op de hoogte van de pleegzorgvergoeding. De situatie is hetzelfde als bij (voorheen) verlengde pleegzorg.
- Bij pleegoudervoogdij loopt de pleegzorgplaatsing ook van het 18e tot het 21e jaar door. De genoemde wet is van toepassing op zowel pleegzorg waarbij het gezag bij anderen dan de pleegouder(s) ligt als op pleegoudervoogdij. Wel is het zo dat de voogdij eindigt bij meerderjarigheid.
- Het maakt niet uit of er sprake was van pleegzorg in het vrijwillig kader of van pleegzorg in het gedwongen kader (OTS, (gezins)voogdij). Vanaf het 18e jaar loopt pleegzorg op vrijwillige basis door. De situatie is hetzelfde als bij (voorheen) verlengde pleegzorg.
Begin vanaf 16 jaar met werken aan toekomstplan
Om de jeugdige zo goed mogelijk voor te bereiden op de toekomst en de overgang naar volwassenheid, is het belangrijk om op tijd te beginnen met de voorbereidingen. In de regio Hart van Brabant wordt hiervoor het Perspectiefplan gebruikt. Vanaf 16 jaar brengt de pleegzorgaanbieder/(gezins)voogd het toekomstperspectief samen met de jeugdige en (pleeg)ouder in beeld. Met 17,5 jaar is duidelijk wat de jeugdige wil na zijn/haar 18e verjaardag en wat er aan ondersteuning nodig is om dit resultaat te bereiken. Dit kan ook bij de verlengde pleegzorg duidelijkheid geven over wat het pleegkind wil en wat haalbaar is voor pleegouders.
Acties voor de pleegzorgaanbieder
- Vanaf 16 jaar brengt de pleegzorgaanbieder het toekomstperspectief samen met de jeugdige en (pleeg)ouder in kaart. Hiervoor maken zij gebruik van het Perspectiefplan.
- Met 17,5 jaar is duidelijk wat de jeugdige wil na zijn/haar 18e verjaardag en wat er aan ondersteuning wenselijk is om dit resultaat te behalen.
- De pleegzorgaanbieder betrekt bij het afronden van het perspectiefplan de Toegang.
- De pleegzorgaanbieder vraagt via de Toegang verlengde pleegzorg en/of de verdere passende ondersteuning aan.
- Uiterlijk 6 maanden voor de 21e verjaardag gaat de pleegzorgaanbieder met de jeugdige en (pleeg)ouder in gesprek of er verlenging na de 21e verjaardag (tot 23 jaar) nodig is. In dat geval vraagt de pleegzorgaanbieder verlengde jeugdhulp aan via de Toegang.
- Pleegzorg stopt wanneer de jeugdige geen hulp meer wil, geen hulp meer nodig heeft, of 23 jaar wordt. Pleegzorgaanbieder stuurt dan een stopbericht naar de lokale gemeente.
Acties voor de Gecertificeerde Instelling ((gezins)voogd)
- Vanaf 16 jaar brengt de (gezins)voogd het toekomstperspectief samen met de jeugdige en (pleeg)ouder in kaart. Hiervoor maken ze gebruik van het perspectiefplan.
- Met 17,5 jaar is duidelijk wat de jeugdige wil na zijn/haar 18e verjaardag en wat er aan ondersteuning wenselijk is om dit resultaat te behalen.
- De (gezins)voogd betrekt de Toegang bij het afronden van het toekomstplan.
- De (gezins)voogd draagt jeugdige over aan de Toegang.
- Toegang vraagt verlengde pleegzorg en/of de verdere passende ondersteuning aan.
Acties voor de Toegang
- De Toegang denkt mee met de pleegzorgaanbieder/(gezins)voogd, jeugdige en (pleeg)ouder over het toekomstplan.
- Wanneer de jeugdige en pleegouders verlenging van pleegzorg willen na 18 jaar wijst de Toegang hiervoor pleegzorg toe (in Tilburg middels een aanvraag bij de Back-Office) (Het gaat hier om een verlenging tot 21 jaar.)
- De Toegang beoordeelt of er aanvullende ondersteuning noodzakelijk is.
- Wanneer er aanvullende ondersteuning nodig is, moet dit altijd via de Toegang worden aangevraagd (en kan een afwijkende looptijd hebben). Voor eventuele extra jeugdhulp naast de pleegzorg, zoals aanvullende ambulante begeleiding, geldt de 18e verjaardag als natuurlijke einddatum van de (niet verlengde) jeugdhulp.
Acties voor de backoffice
- Bij een aanvraag pleegzorg tot het 21e levensjaar zet de backoffice de einddatum van het product pleegzorg op de datum van de 21e Als de aanvraag pleegzorg wordt gedaan voor een periode tot tussen de 18e en 21e verjaardag van de jeugdige, dan houd je de einddatum van de aanvraag aan.
- Voor eventuele extra jeugdhulp naast de pleegzorg, zoals aanvullende ambulante begeleiding, geldt de 18e verjaardag als natuurlijke einddatum van de (niet verlengde) jeugdhulp.
Concreet betekent dit dat beschikkingen/toewijzingen pleegzorg niet zomaar bij het 18e levensjaar stoppen, maar door kunnen lopen tot het 21e levensjaar. Voor aanvullende jeugdhulp die naast de pleegzorg wordt aangevraagd (bijvoorbeeld extra ambulante begeleiding), geldt de 18e verjaardag als einddatum. Dit kan betekenen dat bij een gecombineerde aanvraag van pleegzorg en ambulante begeleiding, de begeleiding wordt toegekend tot de 18e verjaardag en de pleegzorg langer doorloopt.
Veerkrachtbudget pleegzorg
Soms komt een pleegzorgplaatsing in een spannende of kwetsbare fase terecht. De draagkracht van een gezin kan tijdelijk onder druk staan door onverwachte gebeurtenissen, emotionele belasting of financiële zorgen. In zulke situaties kan het Veerkrachtbudget Pleegzorg helpen om even lucht te geven, zodat het kind in het pleeggezin kan blijven en de rust kan terugkeren.
Het gaat om gerichte, tijdelijke ondersteuning wanneer bestaande regelingen geen of te trage oplossing bieden. Zo blijft de continuïteit van de plaatsing behouden, ook in periodes waarin het gezin even minder veerkracht ervaart.
Wat is het doel van het Veerkrachtbudget?
Het Veerkrachtbudget is bedoeld om:
- tijdelijke overbelasting in een pleeggezin te voorkomen of te verlichten;
- snelle ondersteuning mogelijk te maken als bestaande vergoedingen niet toereikend zijn;
- de stabiliteit van de plaatsing te behouden, zodat het kind in een veilige omgeving kan blijven wonen.
Het budget is dus geen structurele regeling, maar maatwerk in uitzonderlijke situaties waarin snelle inzet nodig is.
Wanneer kan het worden ingezet?
Het Veerkrachtbudget kan worden gebruikt wanneer de draagkracht van het pleeggezin onder druk staat en er risico is op een breakdown, bijvoorbeeld als pleegouders tijdelijk overvraagd raken, of als er praktische of financiële knelpunten zijn die de zorg dreigen te laten ontsporen.
Het kan gaan om allerlei soorten situaties, zolang het doel helder is: het behouden van de plaatsing en het welzijn van het kind.
Het pleeggezin komt voor een budget in aanmerking als:
- er sprake is van (dreigende) overbelasting of uitval in het pleeggezin;
- de inzet tijdelijk, doelgericht en proportioneel is;
- bestaande regelingen of fondsen onvoldoende of te traag zijn;
- de ondersteuning het kind direct of indirect ten goede komt;
- er urgentie is: wachten zou de situatie verslechteren.
Wie kan aanvragen?
Een aanvraag wordt altijd ingediend door de teamleider van de betrokken pleegzorgorganisatie. Ook een gezinsvoogd of jeugdbeschermingsorganisatie (GI) kan een aanvraag doen, als de eigen regeling onvoldoende is en het kind anders de dupe dreigt te worden.
Hoe verloopt het proces?
- Afstemming – De pleegzorgwerker bespreekt met de teamleider dat er sprake is van een urgente situatie.
- Aanvraag indienen – De teamleider vult (samen met de pleegzorgwerker) het aanvraagformulier in en stuurt dit naar het vaste mailadres veerkrachtbudgetpleegzorg@tilburg.nl.
- Beoordeling – De beoordelingscommissie beoordeelt de aanvraag binnen drie werkdagen.
- Terugkoppeling en betaling – Bij akkoord volgt binnen enkele dagen de betaling, zodat de ondersteuning snel kan worden ingezet.
In totaal duurt het proces maximaal vijf werkdagen van aanvraag tot betaling. Bij spoed kan dit sneller.
Heb je vragen?
Heb je een situatie waarbij het Veerkrachtbudget mogelijk kan helpen, of twijfel je of jouw casus in aanmerking komt? Overleg dan met je pleegzorgwerker of teamleider. Zij kunnen de mogelijkheden bespreken en, indien passend, de aanvraag in gang zetten. Heb je vragen over het proces? Stuur dan een mail naar veerkrachtbudgetpleegzorg@tilburg.nl