Sinds 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor jeugdzorg. De negen gemeenten in Hart van Brabant pakken deze taak samen op, vanuit de ambitie dat de kinderen en jongeren gezond, veilig en prettig opgroeien. Eén van de grote uitdagingen is om kinderen en jongeren die hulp nodig hebben snel op de juiste plek te krijgen. Daarom is in 2017 een project gestart om wachtlijsten weg te werken. In mei 2020 kwam de aan het woord. Nu is het de beurt aan vier jeugdzorgaanbieders in onze regio. Henk Brans, Judith Martens, Jean-Pierre Damme en Anke Klerks delen hun ervaringen. Lees hoe deze jeugdzorgaanbieders omgaan met de wachttijden, wat zij extra doen tijdens de wachttijd, wat hun ervaring is geweest tijdens de coronacrisis, wat lastig is aan wachttijden, en waar zij trots op zijn.

 

Even voorstellen
Henk Brans is klinisch psycholoog en psychotherapeut bij De Opgroeipraktijk. Judith Martens is clustermanager bij Sterk Huis. Jean-Pierre Damme is directeur relatiebeheer en contractmanagement bij Yes We Can Clinics. Anke Klerks is aanmeldfunctionaris Hart van Brabantgemeenten bij MAKS.

 

Welke visie heeft jouw organisatie op wachttijden?
Henk Brans: “De Opgroeipraktijk vindt dat wachttijden zo kort mogelijk moeten zijn. Als een kind of jeugdige wordt aangemeld in de JeugdGGZ, zijn er namelijk doorgaans al langer (toenemende) problemen. En op het moment dat een kind of jongere gemotiveerd is tot hulp, is de kans op resultaten het grootst. Vooral bij pubers duurt zo’n moment vaak vrij kort. Dan moet je het ijzer smeden als het heet is.”

Judith Martens: “Bij Sterk Huis vinden we wachtlijsten ongewenst, we herkennen wat Henk schetst. We overbruggen deze tijd via psycho-educatie, ouderkindgroepen en om het netwerk te leren kennen van de cliënt. Een goede overbruggingsperiode geeft handvaten voor het traject en zicht op perspectief. Ook zetten we e-therapie in als voorbereiding op de behandeling. En bij een crisis is er uiteraard geen wachttijd!”

Jean-Pierre Damme: “Yes We Can Clinics vindt het beperken van wachtlijsten belangrijk, maar nog belangrijker is dat de jongeren de juiste zorg krijgen. Kiezen voor sneller beschikbare, maar daardoor minder passende zorg is volgens ons niet de juiste weg. Nog belangrijker dan de wachttijd zelf is hoe de gezinnen de wachttijd beleven. Mensen die weten dat ze op de juiste plek zijn, zijn gemotiveerder om wat langer te wachten.”

Anke Klerks: “MAKS wil dat cliënten die zich aanmelden zo snel mogelijk geholpen worden. Een deel van onze cliënten ervaart een drempel om hulp te vragen en daardoor kan hun situatie nijpend worden. Dan moet er snel hulpverlening ingezet worden om erger te voorkomen.”

 

Hoe gaat jouw instelling om met wachttijden en heb je tips?
Judith Martens: “Sterk Huis is transparant over de wachttijden. Onze actuele wachttijden worden op onze website gecommuniceerd. Hiermee willen we verwijzers en cliënten een reëel beeld geven. We blijven ook in gesprek met verwijzers en cliënten om tussenoplossingen te bedenken en aan te bieden. Wij denken dat het goed zou zijn om verwachte wachttijden regionaal in beeld te brengen, zodat verwijzers maar op één plek hoeven te kijken. Daarbij is het belangrijk om eenduidig te definiëren wat onder een wachtlijst valt.”

Jean-Pierre Damme: “Yes We Can Clinics wil transparant, open en eerlijk werken. De wachttijden zijn altijd actueel op onze website te vinden. Jongeren krijgen direct na de intake een startdatum. Het is belangrijk om duidelijkheid te scheppen richting gezinnen in een periode vol spanning. Ze moeten weten waar ze aan toe zijn. Tussentijds onderhouden onze ervaringsdeskundige casemanagers contact, zodat ouders/verzorgers en jongeren weten dat ze er toe doen en niet vergeten worden in deze periode. Daarnaast hebben ze vaste contactpersonen binnen onze organisatie. Ook zetten we online meetings op waar jongeren aan deel kunnen nemen vóórdat ze de kliniek in gaan, om de wachttijden te overbruggen. Dit zal een positief effect hebben op de effectiviteit van de behandeling in de kliniek.”

Anke Klerks: “MAKS maakt de actuele wachttijden zichtbaar op de website. Er wordt altijd in overleg bekeken wat wij voor elke individuele cliënt kunnen betekenen. We streven ernaar cliënten direct in zorg te nemen bij een passende hulpverlener. Als dit niet lukt, houdt de aanmeldfunctionaris die de intake afneemt, wekelijks contact met de cliënt of start zelf alvast de hulpverlening op. Als het betreffende team geen ruimte heeft, kijken wij naar andere mogelijkheden binnen de regio. Steeds in overleg met de cliënt. Cliënten waarderen het zeer om tijdens de wachtperiode wekelijkse contact te hebben met de aanmeldfunctionaris van MAKS. Ze krijgen een mogelijkheid om vragen voor te leggen en ontvangen informatie over de wachttijd.”

Henk Brans: “De Opgroeipraktijk communiceert de wachttijden bij aanmelding. Wachttijden worden bepaald door de capaciteit. Als die vol is, is er minder ruimte voor nieuwe instroom. Door trajecten zo snel als kan af te sluiten, zorgen wij voor een goede doorstroom. Dat doen we op verschillende manieren. We gaan zuinig om met de capaciteit. We gebruiken psychodiagnostiek alleen als dat nodig is voor het bepalen van een goed behandelingsplan. Verder werken we met zorgpaden om tot resultaten te komen. Dat zijn vooraf geplande trajecten. Dan weten cliënten vanaf het begin waar ze aan toe zijn en wanneer het klaar is. We stellen realistische, haalbare en beperkte doelen en resultaten. De bedoeling van behandeling is dat iemand zelf weer verder kan, niet dat alle zorgen en problemen volledig zijn opgelost. Therapie is geen levensloopbegeleiding, maar een zetje in de rug. Ook het gebruik van eHealth (zowel in behandeling als in terugvalpreventie) verkort de behandelduur en daarmee de wachttijd.”

 

Heeft de coronacrisis invloed op de wachttijden en leidt dit tot creatieve oplossingen?
Anke Klerks: “Bij MAKS konden we nieuwe aanmeldingen oppakken omdat we al voor corona het beeldbellen hadden ingevoerd. Hierdoor heeft corona geen invloed gehad op onze wachttijden. Door gebruik te maken van eHealth kon hulpverlening voor nieuwe cliënten ingezet worden. Ook zijn er voorzorgsmaatregelen getroffen, zodat onze ambulante hulpverleners toch hun cliënten konden bezoeken in geval van crisis.”

Jean-Pierre Damme:  “Door de coronacrisis zijn er nog meer creatieve ideeën geboren om op een juiste manier de beste zorg te blijven bieden. We hebben gezien dat online tools nog beter werkten en meer geaccepteerd werden dan we op voorhand hadden gedacht. Echt verbinding maken op andere manieren, om toch het hele gezin mee te kunnen nemen in de behandeling. Daarom blijven we dit op sommige punten inzetten, wat weer een positieve invloed kan hebben op de wachttijden.”

Judith Martens: “De eerste weken van de lock down nam het aantal aanmeldingen bij Sterk Huis af. Onze verwijzers moesten natuurlijk ook thuis werken en kwamen op andere manieren in contact met (potentiële) cliënten. Na een paar weken zagen wij het aantal aanmeldingen weer stijgen. Bij het Crisis Interventie Team Hart van Brabant (CIT) zagen we een toename van verwarde personen. Die zijn vaak gebaat bij een duidelijke structuur. Nu die structuur weg was gevallen, raakten zij meer in verwarring. Dat er alleen nog maar mensen binnenkwamen met mondkapjes op, hielp ook niet. In al deze gevallen moesten we creatief zijn. We hebben binnen twee weken een chat gelanceerd om toch een luisterend oor te kunnen bieden. Het CIT is vaker met de politie op pad gegaan om burgers gerust te stellen. We hebben zo snel mogelijk intakes digitaal afgenomen, zodat de behandeling opgestart konden worden of de wachtlijst overbrugd kon worden.”

 

Wat maakt het thema wachttijden lastig/weerbarstig?
Anke Klerks: “Wachttijden ontstaan door verschillende oorzaken. Wanneer beschikkingen in snel tempo bij ons binnenkomen, is onze personeelsformatie daar niet altijd direct op afgestemd. Ook uitval binnen een team door ziekte kan een oorzaak zijn. Alertheid, flexibiliteit en het slim inrichten van de processen draagt bij aan het voorkomen van wachttijden. MAKS heeft daarom aanmeldfunctionarissen aangesteld, om de grilligheid van aanmeldingen op te kunnen vangen en de hulpverlening aan onze cliënten zo snel mogelijk én kwalitatief goed op te kunnen pakken.”

Jean-Pierre Damme: ”Wachttijden zijn enorm lastig omdat de oplossing niet zo makkelijk is; de wachttijden zijn er. Als landelijke speler moeten we met alle zorgregio’s schakelen. Om dat zo snel mogelijk te kunnen doen en administratieve handelingen te versnellen, hebben we een team opgezet. Verder is de beleving van wachttijd belangrijk. Duidelijkheid over wanneer de zorg wel gaat starten maakt het voor veel mensen prettiger. Minder passende zorg inzetten is niet de oplossing, vindt YWCC. Goed screenen of en zo ja, welke zorg echt nodig is, is een must.”

Henk Brans: “Je kunt niet voorspellen hoeveel cliënten zich per maand aanmelden bij De Opgroeipraktijk. Dat is vooral van externe factoren afhankelijk. Bijvoorbeeld van wachttijden bij andere zorgaanbieders, waardoor mensen gaan shoppen. Of als een verwijzer in de gaten heeft dat je een korte wachttijd hebt. Dan gaat hij juist extra naar je verwijzen. Een andere reden is dat cliënten een heleboel dingen moeten doen voordat wij de aanmelding kunnen aannemen. Kopie identiteitsbewijs, vragenlijst, toestemmingsverklaringen etc. Niet iedereen is daar even handig in. Wij zijn als zorgaanbieder contractueel verplicht deze zaken te verzamelen, maar die bureaucratische eisen kosten vaak veel extra tijd.”

Judith Martens (Sterk Huis): “We werken met mensen en die laten zich niet zo makkelijk voorspellen. We doen inschattingen van de looptijd van trajecten. Wanneer er gedurende het traject nieuwe incidenten voorkomen of als mensen gaandeweg meer of nieuwe dingen vertellen, heeft dit direct invloed op de looptijd. Ook kan blijken dat een traject toch niet passend was. Soms duurt een traject juist korter omdat het kind naar een andere zorgvorm wordt overgedragen. Wachttijden zorgen ook voor meer marktwerking in de zorg. Voor verwijzers zijn het belangrijke ‘bepalende factoren’ bij een toekenning. Je kan het ook omdraaien. Wanneer het specialistische zorg betreft (en dus geen zorg die door velen geboden wordt) en de kwaliteit erg hoog is, zijn wachtlijsten een logisch gevolg. Wachtlijsten bestaan ook omdat we veel in ‘hokjes’ georganiseerd hebben. Als we alle capaciteit zouden bundelen, is sterk de vraag of er nog wachtlijsten zouden bestaan. Verder bestaan er verkeerde prikkels. De organisatie kan alleen financieel gezond zijn als we een sluitende begroting maken. Daarvoor moeten we aannames over trajecttijden en caseload maken. Dit zal altijd leiden tot wachtlijsten. De vraag is vooral hoe we daarmee om gaan. Op welke manier kunnen we deze mensen toch bedienen? En tot slot: de behandeling van specifieke problematieken vraagt kennis, kunde en ervaring. Als medewerkers van Sterk Huis vertrekken, is dat niet snel op te lossen door nieuwe medewerkers aan te trekken.”

 

Wat maakt je trots?
Judith Martens: “Ik ben trots op de creativiteit en bevlogenheid van de medewerkers van Sterk Huis. Ook in het geval van een wachttijdperiode proberen we de cliënten te bieden wat mogelijk is. En trots dat we, na de intake, een vaste contactpersoon kunnen bieden. En dat dit aanspreekpunt zelfs iemand kan zijn die één van de gezinsleden al behandeld heeft. En verder dat we transparant zijn over wachttijden. En dat als wij een forse wachttijd hebben, we vaak direct schakelen met onderaannemers. In 2019 hebben we dat bijvoorbeeld gedaan voor complexe scheiding, waardoor de wachtlijst slonk met 3 maanden. En tot slot dat we steeds vaker zoveel mogelijk digitale middelen inzetten. Zodat we blijven kijken naar mogelijkheden in plaats van de beperking van een wachtlijst. Daar betrekken we cliënten ook bij. Recent gaf een cliënt zelfs aan blij te zijn dat ze even mocht wachten: ‘na zoveel hulpverlening is het fijn dat ik 3 maanden even niets hoef en me kan opladen’. Dat neemt niet weg dat wij ook veel situaties zien waarbij de wachttijd schadelijk is en de problemen zich ophopen. Wachtlijsten blijven altijd ongewenst.”

Henk Brans: “Ik ben er trots op dat De Opgroeipraktijk als aanbieder van specialistische jeugdzorg meestal kan werken met relatief korte wachttijden en kwalitatief hoogstaande zorg biedt met goede resultaten.”

Jean-Pierre Damme: “Ik ben trots op alle jongeren die bij ons een keerpunt in hun leven hebben gevonden. Mensen die zo blij zijn met Yes We Can Clinics en zo graag bij ons willen komen dat ze het wachten waard vinden. Dat is wat ons trots maakt. Als we iedere week de jongeren weer met een lach op hun gezicht naar huis zien gaan: dat is waar we ons 24/7 voor inzetten. Daarnaast zijn wij constant kritisch om te kijken wat we kunnen doen om de behandeling nog beter te maken en de wachtlijsten zo kort mogelijk te houden.”

Anke Klerks: “Iedereen zet zijn beste beentje voor om snelle en kwalitatief goede hulpverlening te bieden aan cliënten. Wij zijn trots op de manier waarop iedereen binnen MAKS om is gegaan met de coronacrisis. Hulpverleners van de verschillende teams hebben heel goed samengewerkt. Daarnaast was er ook een prettige samenwerking met gemeenten, collega aanbieders en voorliggende voorzieningen.”

Meer weten?
Neem voor meer informatie contact op met de geïnterviewden: